21 december 2016

Licht dat ieder mens verlicht

Geschreven door Dr. E.H. Cossee
Overdenkingen Jacomina W. van Andel Licht dat ieder mens verlicht

Licht dat ieder mens verlicht (Johannes 1:9)

Eén van de kerstkaarten die wij mochten ontvangen, bevat de boodschap: ‘Om niet te vergeten: – de goddelijke vonk in een ieder van ons’. Wat men ervan mag vinden om elkaar in deze tijd van het jaar te bedenken met een stortvloed aan kaarten en wensen, het aardige daarvan is wel dat je niet alleen aan mensen wordt herinnerd die je lang niet hebt gezien, maar ook aan dat wat hen beweegt. Als het goed is, heeft zo’n wens iets persoonlijks waardoor je weer denkt: ‘Ja, zo is het, zo ben jij, dat is jouw verhaal, voor mij’.

Het is goed om herinnerd te worden aan mensen die een rol hebben gespeeld in ons leven. Nog beter is het de beweegredenen daarachter te leren kennen. Waarom maakt de ene mens meer indruk op ons dan de andere? Waarom laten we de ene meer toe in ons leven dan de ander? Wat hebben mensen ons te zeggen? Belangrijk voor de verdere ontwikkeling blijkt altijd weer de mate van herkenning die in ieder intermenselijk contact een rol speelt. We voelen ons aangesproken door wat een ander beweegt, of niet. Belangrijk is ook de ‘uitstraling’, de eerste indruk, vaak zonder dat er al over en weer gesproken is.

Er zijn mensen die onmiddellijk op ons inwerken, en het is vaak niet te zeggen waardoor. Ze boeien ons, blijven ons bij en bij een volgende ontmoeting staan wij meer voor hen open dan voor een ander. Soms leidt zo’n ontmoeting tot een dieper contact, maar lang niet altijd is dat mogelijk. Wij blijven gefascineerd door dat betekenisvolle geheim van mensen, die uitstraling van sommigen, hun inwerking op ons. Heeft dat iets te maken met een vonk die overspringt, met een vlammetje dat oplaait, diep in ons, op de ademtocht van de ontmoeting?
Lang voordat psychologen hun licht lieten schijnen over wat mensen beweegt in hun ontmoetingen en relaties, waren het de mystieken die zich over deze dingen uitlieten. (‘Mystiek’ komt van het Griekse ‘muein’, wat ‘de ogen sluiten’ betekent, om je open te stellen voor je innerlijke ervaringen). Zij hebben de ervaring opgedaan dat er een goddelijke vonk is in een ieder van ons. Zij hebben Jezus herkend als het ware licht, dat ons doet onderscheiden waarop het werkelijk aankomt: ervoor zorgen ‘dat God het niet in ons begeeft’ (Etty Hillesum).
In de boodschap van Advent (Latijn voor ‘komst’) staat het licht centraal, het licht dat ieder mens verlicht, het licht dat komende is in deze wereld. Direct daarmee is gegeven een hernieuwde houding tegenover de duisternis. Duisternis wordt vooral daar ervaren, wanneer de mens het licht dat iedere mens verlicht, de godsvonk in ons ontkent, niet wil zien of niet kan zien. Het spel van licht en duister wordt in onze handen gelegd, in ons vermogen er iets mee te doen – of niet. Dat is een huiveringwekkende mogelijkheid.
Wij kunnen het duister groter laten worden in deze wereld door de godsvonk in ons te versmoren, te ontkennen, niet te willen zien. Juist daar waar wij zeggen dat licht niet te kunnen zien, moeten wij ons afvragen waar wij van uitgaan. Is het werkelijk zo, dat wij alleen maar duisternis zien, of is het nu juist zo dat het onderscheid tussen het een en het ander juist kan worden gemaakt dank zij het licht? Het evangelie heeft ons geleerd dat geen mens aan de duisternis van deze wereld ontkomt, maar dat juist te midden daarvan het ontdekken van een lichtpunt mogelijk is.

Het innerlijke licht waarvan de mensen de eeuwen door hebben getuigd, is een ervaarbare realiteit, juist te midden van barre omstandigheden. Hoe had Etty Hillesum zo veel kunnen betekenen voor zo velen in die barakken van Westerbork, als zij er niet voor gezorgd had ‘dat God het niet in haar begaf’? Juist het besef van die kwetsbare vonk, dat laatste restje licht dat in ons smeult, maakt een mens wakker voor het licht ‘dat komende is in de wereld’.
Dat licht heeft heel concreet mensengestalte aangenomen in Jezus van Nazareth, wiens geboorte wij met Kerstmis gaan vieren. Maar ook in al die mensen die aan ons denken, aan wie wij in deze dagen worden herinnerd. Daarom is ook ieder lichtpuntje dat wij voor hen kunnen zijn, van zo veel betekenis. Het kleinste vonkje kan oplichten op de adem van de stem die tot ons hart spreekt. In de donkerste tijd van het jaar worden wij er aan herinnerd, door blijken van hartelijkheid en verbondenheid: er is een licht, dat ieder mens verlicht, en dat licht schuilt in ieder van ons. Laten wij ervoor zorgen, dat dit vonkje het niet in ons begeeft!

Amen.

Samenvatting van de overdenking door Eric Cossee in de Arminiuskerk te Rotterdam op 18 december 2016, in de serie Adventsvieringen met het thema ‘Licht’.

(Licht dat ieder mens verlicht; tekst uit het Nieuwe Testament in de Bijbel het Evangelie volgens Johannes 1:9)

Gerelateerd