20 september 2016

Openingszondag 11 9 2016

Geschreven door Tjaard Barnard

Het was nog niet helemaal zeker of het allemaal zou lukken, maar wie op zondag 11 september in de Arminiuskerk was, kon met eigen oren horen dat het grote orgel weer speelt. En hoe. Het was een feest! Hiermee werd de Openingszondag bij de Remonstranten in Rotterdam dit jaar wel heel bijzonder. En dan waren nog maar 6.5 van de 20 registers gereed, dus dat belooft nog veel meer de komende tijd. Het prominent instrument – titel van het orgelcahier dat op die dag verscheen – kwam na vijf jaar stilte weer tot leven. Onze nieuwe cantor-organist Aart Bergwerff trad op en cantorij Non Semper, versterkt door bevriende zangers uit graag geziene koren, zong onder andere psalm 150 van Gabriel Fauré.

De drie Rotterdamse predikanten gingen voor waarbij elk een deel van de liturgie voor zijn en haar rekening nam. dr. Christiane Berkvens-Stevelinck citeerde o.a. Cees Noteboom:

Als ik in een buitenlandse taal schrijf, speel ik misschien gitaar.

Maar in mijn eigen taal kan ik, als het goed is, 

op een orgel spelen met oneindig veel registers en nuances.

Dr. Koen Holtzapffel droeg het gedicht Een koraal voor van Rutger Kopland. Eén strofe daaruit:
‘je hoort het eeuwenoude mechaniek, het gekreun van scharnieren, het geklepper van toetsen/ het gekraak van de vloer, het zuchten van wind/hoe er van lucht muziek wordt gemaakt/ en er een koraal langzaam door de ruimte zweeft als een onzichtbare gewichtloze vogel/Leichtigkeit.

Een overdenking van Tjaard Barnard vindt u hier.

Gerelateerd