10 februari 2022

Gedenkt uw voorgangers (2) Ds. Jan Willem Schneider (1933-2007)

Geschreven door Tjaard Barnard

Jan Willem Schneider was een markante, maar ook lastige predikant. Hij kwam uit een SDAP gezin in Leiden dat eigenlijk niet kerkelijk was. Maar de moedige kanselboodschappen gedurende de Tweede Wereldoorlog hadden indruk gemaakt.

Jan Willem ging in Leiden theologie studeren. Hij specialiseerde zich in de kerkgeschiedenis en de bestudering van het Nieuwe Testament. Die vakgebieden zouden een leven lang zijn volle aandacht blijven houden. Aan het Remonstrantse Semininarium ontmoette hij zijn eerste vrouw: Else Vijlbrief. Na de afronding van de studie vertrokken beide predikanten naar de pastorie in Dokkum. Deze gemeente, waarin al meer dan 200 jaar doopsgezinden en remonstranten samenwerken, zou zijn eerste gemeente worden. Daar werden drie kinderen geboren. Hierna zou hij predikant worden in Suriname. Na enkele jaren kwam hij terug om legerpredikant te worden. Dat deed hij tot zijn 55ste, toen hij met functioneel leeftijdsontslag ging. Graag had hij daarna nog een gemeente in de Broederschap gediend. Maar dat zat er niet in.

Het waren jaren van polarisatie. Ook de Remonstrantse Broederschap volgde een activistische koers en voelde zich nauw betrokken bij het IKV. Er was weinig ruimte en begrip voor de al te klassieke Jan Willem, die vooral aandacht vroeg voor tweezijdige ontwapening. Veel begrip was er niet voor een legerpredikant. Maar ongetwijfeld speelt ook zijn niet altijd gemakkelijke karakter mee.

 

Bij zijn uitvaart, deze week 15 jaar geleden, was ik een van de voorgangers. Ik verwoordde het toen als volgt:

 

Vanmiddag staan we stil bij wie hij was, bij wat hij voor ons betekende. We doen dat in het licht van het geloof. Jan Willem is met hart en ziel predikant geweest. Preken deed hij graag. Met de gedegen theologiestudie is hij tot het einde toe bezig geweest. 

Met ons kerkgenootschap, de Remonstrantse Broederschap, had hij een ambivalente verhouding. Ten diepste gold voor hem het oude woord: ‘hij had de Broederschap lief’. Maar te vaak was het voor mensen in die Broederschap moeilijk om deze eigenzinnige man te volgen. Toegegeven hij kon soms wat hoekig te voorschijn komen. En altijd was hij wel bereid het nog eens uit te leggen, als je het niet met hem eens was, want waarschijnlijk had je het dan niet begrepen. Hij stond ergens voor. Vaak voor dingen die net niet in de mode waren. In de jaren dat we bevriend waren, vernam ik meermalen van zijn oprechte zorg over dingen die misgingen, die niet altijd gepaard werd aan handigheid in hoe je dat aan mensen vertelt.

 

Natuurlijk: zijn zorgen bij het IKV waren bekend en je kunt dan ook bij een dienst op vredeszondag een stapeltje brochures van het ICTO meenemen. Maar jammer genoeg waarderen mensen dat toch niet altijd. Wanneer hij voorging in een bepaalde gemeente en hij ontving de daar gebruikelijke orde van dienst, was hij altijd bereid om – wanneer die fouten bevatte – het exemplaar gecorrigeerd terug te sturen. Niet iedereen kon dat altijd op prijs stellen.

Zoveel precisie als bij Jan Willem heb ik bij weinig mensen meegemaakt. Anderhalf jaar geleden heeft hij mijn dissertatie minutieus doorgenomen op incorrectheden. Hij ging daarin heel ver. Niet alleen werden alle fouten eruit gehaald, hij ging zelfs zo ver om in de negentiende-eeuwse citaten de fouten aan te wijzen. Vervolgens keek hij na of ik ze verkeerd had overgeschreven om dan vaak tot de conclusie te komen dat het zo maar moest blijven omdat de historische bron het nu eenmaal zo had.

In de papieren die hij voor zijn eigen begrafenis gereed had liggen, stond ook een vermanende notitie aan ons, collega Peter Korver en mij, de predikanten die zouden moeten spreken vandaag. Hij maakte zich zorgen of er geen fouten in de orde van dienst zouden staan. Als ik dat bij zijn leven had gezien, had ik hem lachend, broederlijk vermaand over deze ‘hubris’, hoogmoed: alsof in het ondermaanse aan de mens de onfeilbaarheid gegeven zou zijn. En dat zou hij ongetwijfeld lachend erkend hebben. En natuurlijk nog eens op zorgvuldigheid hebben aangedrongen …

Tussen mijn spullen vond ik een opname van een door hem geleide dienst op zondag 1 februari 1987. Hij was toen 25 jaar predikant. De dienst laat horen hoe hij als voorganger was: klassiek, serieus, remonstrants-gereformeerd en bijbels.

 

De dienst is op SoundCloud te beluisteren.

 

 

 

Gerelateerd