13 mei 2019

Tolerant tegenover intoleranten

Geschreven door Koen Holtzapffel

In dit jubileumjaar 2019 van de Remonstranten wordt ook Johan van Oldenbarnevelt herdacht. Hij was intensief betrokken bij de twisten tussen remonstranten en contraremonstranten. Kort voor de oprichting van de Remonstrantse Broederschap werd hij op 13 mei 1619 op 71-jarige leeftijd onthoofd op een schavot voor de Ridderzaal op het Haagse Binnenhof, beschuldigd van landverraad, ondanks grote verdiensten voor de Republiek en voor zijn leerling Maurits. Deze terechtstelling blijft een zwarte bladzijde in de vaderlandse geschiedenis. Zijn standbeeld staat voor het Rotterdamse stadhuis, waar hij raadspensionaris was.

Verplichte tolerantie

Bij de twisten was hij vooral betrokken via wat wel genoemd wordt het zesde artikel van de Remonstrantie (naast de vijf over de predestinatieleer). Dat ‘zesde artikel’ verwijst dan naar de opvatting van de Remonstranten over de verhouding tussen kerk en staat. De Arminiaans-gezinde predikanten pleitten voor een nationale protestantse kerk, met daarbinnen ruimte voor verschillende inzichten over wat niet tot ‘de eenheid in het nodige’ behoorde. Omdat hun tegenstrevers kozen voor een desnoods kleinere kerk, maar wel zuiver in de leer, zochten de Arminianen steun bij de overheid. Met hulp van de overheid moest het ideaal van een vrije en verdraagzame kerk verwezenlijkt worden. Van Oldenbarnevelt ging er graag in mee. Calvinistische scherpslijpers verstoorden de eendracht, die nodig was om Spanje te verslaan. Bovendien, een overheid die de kerk haar eigen gang liet gaan, ondermijnde haar eigen machtsbasis. In 1614 probeerde de overheid tolerantie zelfs van bovenaf af te dwingen met een zogenoemde Resolutie tot den vrede der kercken. Deze gebood predikanten verdraagzaamheid te prediken. Verplichte tolerantie van bovenaf, het werkte helaas niet.

‘Geloof niet dat ik een land-verrader ben! Ik heb eerlijk en vroom gehandeld als een goed patriot. En zo zal ik sterven.’

Met de dood bekopen

Het blijft opmerkelijk, hoe 400 jaar geleden verdraagzaamheid, en haar grenzen, een belangrijke rol speelden in het conflict dat de jonge Republiek op de rand van een burgeroorlog bracht. Ook tegenwoordig wordt van de overheid verwacht dat zij optreedt als hoeder van tolerantie, een van de kernwaarden van de Nederlandse identiteit én van de Remonstranten. Met daarbij als prangende vraag: hoe tolerant moet je zijn tegenover de intoleranten? Van Oldenbarnevelt was nauw bij dit vraagstuk betrokken, maar moest zijn bemoeienis met de dood bekopen. Het laatste woord zij aan de staatsman zelf, aan het bittere eind van zijn aardse bestaan: ‘Geloof niet dat ik een land-verrader ben! Ik heb eerlijk en vroom gehandeld als een goed patriot. En zo zal ik sterven.’

Gerelateerd