14 juni 2018

Liefdesappels en cultureel christenen

Geschreven door Koen Holtzapffel

In het recente rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau over de religieuze beleving van moslims in Nederland, worden moslims in vijf categorieën ingedeeld: seculier, cultureel, selectief, vroom en strikt praktiserend. Seculiere moslims doen niets aan hun religie, culturele moslims vinden hun geloof wel belangrijk maar doen er niet veel mee, selectieve moslims bidden en gaan af en toe naar de moskee, bij vrome en strikt praktiserende moslims speelt het geloof in het dagelijks leven een belangrijke rol.

Zou je christenen ook op deze wijze kunnen indelen? En waar zouden de meeste remonstranten zich dan bevinden? Er zullen zeker remonstranten zijn die zich thuis voelen bij de typering cultureel christen. Remonstranten werden vroeger wel gerekend tot het ‘cultuurprotestantisme’. Die term was niet erg positief bedoeld en doelde op een wat braaf kabbelende mix van beschaving, redelijkheid, zedelijkheid en christendom.

Het kan verkeren! De journaliste Yvonne Zonderop houdt in haar recente boek Ongelofelijk een pleidooi voor een vorm van… cultureel christendom. Zij bedoelt daarmee twee dingen. Enerzijds de erkenning van het feit dat de christelijke traditie heel belangrijk is geweest voor de vorming van de cultuur waarin wij leven. Anderzijds het besef dat die traditie veel waardevols bevat, zoals symbolen, rituelen en ethische noties als naastenliefde.

Is het tijd voor een nieuwe vorm van cultureel christendom? Remonstranten kunnen er een bijdrage aan leveren. Neem de bijbelse verhalentraditie, één van de meest waardevolle elementen uit de culturele erfenis van het christendom. Elke zondag lezen we verhalen, vertellen ze na, interpreteren ze en geven ze door. Natuurlijk hopen we dat die verhalen nieuw licht werpen op ons eigen levensverhaal. Maar ook los daarvan zijn veel van die oerverhalen spannend, geestig en verrassend.

Neem nou dit verhaal over aartsvader Jacob. In het verre Haran is Jakob getrouwd met twee dochters van zijn oom Laban, Lea en Rachel. Lea is de oudste, haar ogen zijn zonder glans, maar ze baart Jakob wel veel kinderen. Jakobs liefde gaat uit naar Rachel, maar helaas, zij wordt maar niet zwanger. De relatie tussen de zusters komt onder druk te staan, jaloezie is in het spel. Rachel beklaagt zich er bij Jakob over dat zij niet zwanger wordt, waarop Jakob wanhopig uitroept: ‘Ik ben toch zeker God niet?!’ En dan duiken in het verhaal liefdesappels op, vruchten van de magische, giftige alruinplant.

Hoe dat afloopt? Leest u het zelf eens na deze zomer, in Genesis 30, vers 1 tot 24. Wat mij betreft kunt u zich dan in ieder geval een cultureel christen noemen, zeker als u er ook de afbeelding van Rachel en Lea van de pre-rafaëliet Dante Gabriel Rossetti bij betrekt (1855). Veel lees- en kijkplezier!

Dante Gabriel Rossetti, Dante’s Vision of Rachel and Leah (1855)

Gerelateerd