Twee op de kansel met dr. Koen Holtzapffel en Jan Oegama

Twee op de kansel over MOED
Jan Oegema (1963) is letterkundige, hovenier en organisator van het Open klooster. Hij schreef boeken over De stille stem en Rilke en de wijsheid. Over Etty Hillesum schreef hij al eerder Een vreemd geluk. De publieke religie rond Auschwitz. Begin maart 2026 verschijnt een nieuw boek van zijn hand over Hillesum, Een apart soort moed Etty Hillesum nu.
‘Het zijn bange tijden, mijn God,’ schrijft Etty Hillesum in haar beroemde oorlogsdagboek, medio juli 1942. Aan het einde van die maand zal ze uit eigen wil naar Kamp Westerbork vertrekken als hulpverlener namens de Joodse Raad. Onderduiken wil ze pertinent niet, hoewel haar vrienden blijven aandringen. Ze beramen zelfs een plan om haar te ontvoeren.
In zijn essay schets Oegema Etty Hillesum als een moderne Antigone, een vrouw – met nadruk een vrouw – overtuigd van een eigen lotsbestemming. Ambitieus, strijdbaar, filosofisch, zelfbewust, gelovig, bewust kinderloos, promiscue, tegelijk raadselachtig en niet voor rede vatbaar. Het wilde hart van de barak. Hillesum als een Joodse Antigone: dat is een nieuw geluid. Als beginnend schrijver neemt ze zich voor ‘de moed te hebben tot zichzelf’ en benoemt ze zeven doelen waarmee ze dat voornemen hoopt te concretiseren. Voor wie haar daarin nauwlettend volgt, ontvouwt zich niets minder dan een pedagogiek van de moed. Dat maakt haar in een tijd van crises en desoriëntatie opnieuw relevant.